Wat komt er kijken bij restauratie?

Het restaureren gebeurt in verschillende fases: Allereerst moeten de scherven bij elkaar gezocht worden, vervolgens moeten deze met tape aan elkaar gezet, waarna ze gelijmd en soms verder opgebouwd of aangevuld worden met (gekleurd) gips om de ontbrekende stukken te vervangen. Alles op zodanige wijze dat het object weer (staand) kan worden tentoongesteld of opgeborgen. Het moet zichtbaar zijn wat origineel is aan het object en wat is aangevuld. Piet vult aan: “Om een vondst compleet te restaureren heb je minimaal de bodem, een wand, eventueel een pootje en de rand voor het randprofiel nodig. Als een object te weinig compleet is, kan het niet worden gerestaureerd.”

Aleid Muller vertelt: “Het bijzondere van restauratie is het kunnen opbouwen van de vondsten. Je werkt vaak met z’n tweeën aan één object. Zeker als het kwetsbaar materiaal is en je bezig bent met tapen of plakken. Teamwork is dus belangrijk.” Aleid wisselt het restauratiewerk graag af met het puzzelen.

Piet de Baar is ook van het puzzelen: het met engelengeduld bij elkaar zoeken van de scherven, deze in elkaar passen en vervolgens tapen. Piet was voorheen archivaris in Leiden, maar had al vroeg affiniteit met archeologie en werd daarom lid van AWN en later bestuurslid. Hij werkt als vrijwilliger op maandagavond en op dinsdagen in het Archeologiehuis. Dan houdt hij zich o.a. ook bezig met het determineren van vondsten.

Het verwerken van vondsten

Naast het restaureren moeten de vondsten ook worden verwerkt. Opgravingen worden verwerkt in wetenschappelijke rapporten. Dat is het domein van vrijwilligers als Suus Sprey. Zij is al sinds 1985 vrijwilliger bij de AWN en werkt de opgravingen uit: ze maakt rapporten, voert gegevens in en verwerkt de vondstenlijsten die nu nog met de hand zijn ingevuld.

Wat raden jullie nieuwe vrijwilligers aan voor het restauratiewerk?

Het blijkt soms lastig voor de groep om nieuwe vrijwilligers bereid te vinden dit werk te doen. Mensen hebben vaak zoveel andere bezigheden of verantwoordelijkheden. “Je hebt affiniteit nodig met archeologie en een goed gevoel voor vormen”, aldus Aleid. En Dinny Young vult aan: ”Je moet handvaardig zijn en regelmatig komen. Het werk is vrijwillig, maar niet vrijblijvend. Maar het is bijzonder en dankbaar werk om te doen.”

Meer weten over dit vrijwilligerswerk?
Bekijk voor meer informatie de website van het AWN.